Decentrale balansventilatie WTW

In principe kan een decentrale balansventilatie-unit overal worden geplaatst, maar er zal wel rekening moeten worden gehouden met een aantal aandachtspunten:

• De ruimte waar het binnendeel van de unit is geplaatst moet vorstvrij zijn;
• Het is aan te raden de unit te plaatsen in de ruimte waar het meeste wordt verwarmd, zoals de woonkamer;
• De filters in de unit moeten af en toe (1 tot 2 keer per jaar) worden vervangen. Zorg er daarom voor dat de unit goed bereikbaar is;
• Plaats het toestel niet boven een raam of deur in verband met druppelvorming;
• De unit heeft een elektrapunt nodig, over het algemeen binnen circa 1,25 meter;
• De geluidsproductie kan verschillen per type;
• Er is een muurdoorvoer noodzakelijk.

Bij enkele typen is een vorm van koelen mogelijk. Deze systemen beschikken dan over een passieve koelfunctie. Dit houdt in dat het systeem de temperatuur van de buitenlucht en de binnenlucht zal meten. Wanneer de buitenlucht koeler is dan de binnenlucht, uiteraard boven een bepaalde temperatuur in de zomermaanden, zal het systeem de koelere lucht naar binnen voeren. Dit gebeurt over het algemeen 's avonds of 's nachts. Let op: dit is géén airconditioning, maar vindt puur plaats op basis van koele buitenlucht.

Dit hangt af van het type dat wordt gekocht. Er zijn meerdere systemen op de markt verkrijgbaar met verschillende afmetingen. Dit is uiteraard ook afhankelijk van de grootte van de ruimte die geventileerd moet worden. Bij de meeste units heb je binnen een kastje van circa 40 tot 50 cm breed en hoog. Aan de buitenzijde zit een rooster die vaak wat kleiner is. Dit zijn de varianten met een enkele doorvoer. Er zijn ook modellen met twee doorvoeren, deze kunnen gecombineerd worden met een radiator. Deze zijn qua grootte te vergelijken met een ‘gewone’ radiator (circa 150 cm x 50 cm). Afhankelijk van het type kunnen deze boxen zowel verticaal als horizontaal geplaatst worden.

Dit hangt af van de grootte van de woonkamer en het type ventilatie-unit. Neem hiervoor contact op met een vakspecialist.

Een ventilatiesysteem met WTW zorgt ervoor dat er veel minder energieverlies plaatsvindt door ventilatie. Ten opzichte van natuurlijke ventilatie (ventilatieroosters) zal een WTW systeem tot +/- 95% van de warmte van de uit te blazen vervuilde binnenlucht afgeven aan de binnen te halen (koude) buitenlucht. Dit betekent dat, met een buitentemperatuur van 0 graden Celsius en een binnentemperatuur van 20 graden Celsius, de warmtepomp de lucht slechts 1 tot 2 graden hoeft op te warmen. Bij de keuze voor een natuurlijk ventilatiesysteem moet de binnenkomende koude buitenlucht van 0 naar 20 graden opgewarmd worden. Hierdoor kan een warmtepomp met een balansventilatiesysteem met WTW tot 25% kleiner worden uitgevoerd. Dit kan een enorme besparing betekenen op de uitgave aan een warmtepomp.

Bovendien kunnen bij de combinatie van vloerverwarming (lage temperatuurverwarming) en ventilatieroosters comfortklachten ontstaan. In veel bestaande woningen met radiatoren (hoge temperaturen) staat de radiator onder een raam met een ventilatierooster. Hierdoor zal de radiator een hitteschild opwerpen, waardoor de koude lucht van de ventilatieroosters niet diep de woning in kan blazen, maar als het ware wordt opgevangen. Bij vloerverwarming is dit niet het geval, en bij een onfortuinlijke plaatsing van de ventilatieroosters kan dit voor comfortklachten zorgen. Dit kan tot gevolg hebben dat de bewoners de roosters dicht zetten, waardoor de binnenluchtkwaliteit achteruit gaat.